Hij had hem lang niet meer gezien.
Hoe lang al wist hij echt niet meer.
Zo’n twintig jaar geleden dacht hij.
Op een reünie een keer.

De herinnering kwam weer boven,
Hij had er nu nog moeite mee…
Robbie was altijd de beste.
Hij was altijd nummer twee!

Op de sportdag ieder jaar,
het was bijna te voorspellen,
stonden ze in de finale,
iedere keer tegen elkaar!

En altijd weer die desillusie ,
altijd weer die tweede plek.
Niet van Robbie kunnen winnen…
Destijds maakte het hem gek!

Gisteren reed hij met z’n rolstoel
in het park en zag hij dat
vóór hem in zo’n zelfde rolstoel,
Robbie van der Velde zat!

Zonder zich maar te bedenken,
voerde hij z’n snelheid op.
En na zo’n twintig meter,
passeerde hij hem… en groette Rob!

Aangekomen bij het stoplicht,
aan het einde van het pad,
had hij het voldaan gevoel:
dat hij Rob, zijn eeuwige rivaal,
eindelijk verslagen had!

Net toen hij ging oversteken,
sprong het stoplicht weer op rood.
Robbie moest dus blijven staan….
Dat alleen al maakte zijn zege,
nog een keer dubbel zo groot!

 

gedicht door Carlo van der Vegt
Bron: Mantelzorgelijk.nl